Simson en de honing
Wonderlijk zijn de wegen die de Heere heeft gehouden met Zijn kind en knecht
Simson. We lezen in Richteren 14 : 8-9 het volgende: En na sommige dagen kwam hij weder om haar te nemen, toen week hij af om het aas van den leeuw te bezien en zie, een bijenzwerm was in het lichaam van den leeuw, met honing. En hij nam dien in zijn handen en ging tot zijn vader en tot zijn moeder en gaf hun daarvan, en zij aten, doch hij gaf hun niet te kennen, dat hij den honing uit het lichaam van den leeuw genomen had.
Een merkwaardige zaak. Een bijenvolk heeft het lichaam van een dode leeuw verkozen als een korf. En daar honing in verzamelt. Dat dode lichaam blijkt door de grote hitte van de oosterse zonnestralen veranderd te zijn in een soort mummie. Een uitgedroogd lichaam en dat gevuld met honing. Simson vindt dat wanneer hij de plaats opzoekt waar hij gestreden heeft met een leeuw. Een wonderlijke gewaarwording voor Simson. Dat is er overgebleven van die machtige leeuw waar hij mee gestreden heeft: een kadaver. Simson mag nu uit dat beest, wat hem dreigde te verscheuren, honing eten.
En honing smaakt zoet. Eerst zag hij de leeuw als de bitterheid van de dood en nu de zoetigheid als honing. De plaats Mara werd veranderd in een liefelijke Elim. Het is stil in het open veld. Het is nu alles zo geheel anders geworden. De dood tracht hem niet te verslinden. Integendeel. Temidden van de dood mag hij de zoetigheid van de honing proeven en smaken dat de Heere goed is voor een albederver. Genade maakt alles anders, of beter gezegd: vernieuwt alles.
Jonge vrienden, kennen jullie ook van deze plaatsen in je leven? Plaatsen waar de dood en de duivel je hebben aangegrepen en waar je hebt leren kermen onder de zware last van je zonden en schuld. Waar je werd uitgeleid met Israël uit het diensthuis der zonden, maar terecht kwam voor de Rode Zee. De weg geblokkeerd, ingesloten tussen de bergen van zonden en achter je de wrede Farao met zijn leger. Als mij geen hulp of uitkomst bleek, wanneer mijn geest in mij bezweek, en overstelpt was door ellend', hebt Gij, 0 Heere, mijn pad gekend.
Waar mag Simson de honing smaken: Op dezelfde plaats waar de verschrikkingen en de angsten voor de dood hem hadden aangegrepen. De zoete honing mag hij smaken op deze plaats. Hij mag zich al honingetende in zijn God verblijden. Op de plaats aan de Troon der genade waar de bitterheid van de zonden werd beweend, mag nu de goedheid Gods gesmaakt worden. In het dode lichaam van wat eens zijn doodsvijand was vond Simson deze weldaad. Gezegend bediend te worden uit die meerdere Simson, de Heere Jezus Christus. Uit Zijn volbrachte arbeid vloeien de heerlijkste vruchten voort. Hij heeft de helse leeuw verslagen en zijn kop vermorzeld. In Zijn Borgwerk heeft Hij alle vijanden overwonnen die het op de ondergang van Zijn Kerk hebben gemunt. Hij is de Triomfator, de Overwinnaar van duivel, graf, dood en hel. De vijanden van Sion liggen aan Zijn voeten verslagen. Kostelijke honing is er overgebleven na en door Zijn lijden en sterven. We horen Paulus uitroepen met de zoete honing in zijn hand: Dood waar is uw prikkel, hel waar is uw overwinning. Wat getuigt alles van Gods vrije genade. Wie roemt roeme in den Heere alleen. In Gods kracht werd de strijd aangebonden en overwonnen en door Gods genade de Heere alleen de eer gegeven. Het is waar, Gods kinderen spreken vaak over de duisternis en de aanvechtingen en bestrijdingen. Dit komt omdat de Heere gezegd heeft in Zijn Woord: De dagen der duisternis zijn velen en de dagen des lichts zijn weinige. Nee, dat betekent niet dat Gods volk te doen heeft met een karig God. 0 neen, we zien het hier bij Simson. Wanneer de naam en de persoon van Christus gestalte in u krijgt, vervult dat het hart met zoetigheid. Die Naam sterkt meer dan de uitgezochtste spijze. In de verborgen omgang met de Heere liggen de zoetste vertroostingen. In de kennis van Christus als Profeet, Priester en Koning mag de zoetigheid genoten worden door de mond des geloofs.
Als Christus tussentreedt met Zijn voldoening en verzoening, daar heeft het recht Gods niet meer te eisen. Ja, de wet niets meer te vervloeken en satan niets meer te schelden. Alle valse beschuldigers worden verjaagd en dan zingen zij in God verblijd, aan Hem gewijd, van 's Heeren wegen.
Jonge vrienden, ik wens jullie toe deze genade te mogen proeven in je leven. In de dienst des Heeren ligt veel zoetigheid. De duivel maakt je het tegendeel wijs. Hij zegt, bij mij is zoetigheid, daar mag je leven zoals je wilt en zondigen zoveel als je wilt. Bij mij geen bekrompen leven, geen droefheid over de zonden. De beker der zonden smaakt zoet, totdat de afrekening komt. De beker gevuld met de toorn Gods zal dan geledigd moeten worden in de eeuwige rampzaligheid.