Home

Kennismaking

Memoires

Bijbelstudies

Schriftoverdenkingen voor de jeugd

Div. artikelen

Links

Contact

Simson en een hoer
 
Simson nu ging heen naar Gaza, en hij zag aldaar een vrouw die een hoer was, en hij ging tot haar in. Richteren 16 : 1.
Beste jongens en meisjes, het is niet het gemakkelijkste schriftgedeelte wat voor ons geopend ligt om te overdenken. Boven het leven van Simson staat geschreven: Wie Mijn volk aanraakt, die raakt Mijn oogappel aan. Dat betekent niet dat we de zonden van Gods kinderen moeten bedekken en er maar niet over moeten spreken. De Heilige Schrift spreekt er ook eerlijk over. Is er bij ons echter de begeerte om de zonden van Gods volk breed uit te meten, zodat de kinderen van de Filistijnen zich verblijden op de straten van Askelon? Of om hun zonden met de mantel der liefde te bedekken? Vanuit deze laatste gestalte willen we een donkere bladzijde uit het leven van Simson gaan overdenken.
We zien dat Simson zich begeeft naar Gaza, een der hoofdsteden van de Filistijnen. Gaza ligt diep in het Filistijnse land. Hij dringt ver door in vijandelijk gebied. Schijnbaar onbevreesd beweegt hij zich onder de vijanden van zijn volk. We lezen niet van een bepaald doel van deze reis. Heeft overmoed hem parten gespeeld? Zeker is dat hij zich op een radicale verkeerde weg begaf, toen hij bij een hoer binnenging om daar de nacht door te brengen.
Hadden we dit van hem verwacht, deze zondige daad. Valt hij ons hier niet zwaar tegen? Hij was toch Nazireeër Gods en dan binnen te gaan bij een hoer. Vreselijke stap van Simson" Hij verliest de strijd tussen zijn roeping en de begeerte van zijn vlees. Zijn verdorven vlees heeft de overhand. Hoe zit dat toch, vraag jij? Wel, vergeet niet: Simson was Nazireeër, maar hij was ook een Adamskind, waardoor de kiemen van de zonden in zijn hart aanwezig waren. De Heere Jezus heeft van ons hart niet zoveel goeds gezegd toen Hij zei: Uit het mensenhart komen voort: kwade bedenkingen, dieverijen, doodslagen, hoererij en, overspelen. Ook zijn hart was er mee vervuld. Deze zondige begeerte kreeg de overhand toen hij in ging tot deze slechte vrouw. Wie geen vreemdeling in eigen hart is zal van deze daad gruwen, zonder de vinger naar Simson uit te steken. Daar zijn wij zo goed in, om de vinger uit te steken naar en over de gebreken van onze naaste. Kijk eens naar je hand als je een vinger uitsteekt naar een ander, je ziet dan dat er drie vingers naar jezelf terug wijzen.
Zaligmakende ontdekking leert buigen onder Simson en deze hoer. Waarom staat deze zondige daad van Simson zo eerlijk in Gods Woord? Om ook voor de christelijke jeugd een baken in zee te zijn. Want de gevaren die ook onze jeugd omringen zijn talrijk. De Heere heeft Simson als waarschuwingsteken op je levensweg willen plaatsen. Niet om na te volgen, maar om de zonden te vlieden. Om dagelijks te bidden: Leid ons niet in verzoeking. Want Simson_de Nazireeër wordt één vlees met een Filistijnse hoer. De duivel heeft zijn hellespel met Simson gespeeld. Hij heeft de verborgen strikken op zijn weg geplaatst en Simson is er in verstrikt geraakt. 0, gemene duivel om te doen verleiden en te doen vallen. In het paradijs is hij er al mee begonnen om te verleiden. En we geloofden hem en wantrouwden de woorden Gods. Met gevolg dat we de duivel zijn toegevallen, welke een mensenrnoorder is van de beginne. De Heere schenke hier maar bevindelijke kennis aan. We gaan dan goed vasthouden dat de daad van Simson op geen enkele wijze valt goed te praten, gelijk sommige willen doen. De praktijk wijst uit dat deze zonde ook bedreven wordt door jongeren die onder Gods Woord zijn opgevoed. De moderne mens spreekt hardop dat in onze tijd de zeden veranderd zijn. De Bijbel moet je niet serieus nemen. Maar de God van de Bijbel verandert nooit. Hij is van eeuwigheid tot alle eeuwigheid Dezelfde. Wat vroeger zonde was is het vandaag nog. Zoals God Zijn volk vroeger bekeerde zo doet Hij het vandaag nog. Wie door God is bekeerd ziet niet laag neer op Simson, maar roept uit: Heere, wat een wonder dat Gij mij voor deze uitbrekende zonde bewaart. De apostel Paulus schreef er over aan zijn geestelijke zoon Timótheüs: Vliedt de begeerlijkheid der jonkheid. Hij bedoelde hem te vermanen, te waarschuwen voor de verleidingen die zijn jonge hart konden aftrekken van de Heere en Zijn dienst. Bewaar het pand u toebetrouwd. Timótheüs neemt een voorbeeld aan Jozef. Jozef is op de vlucht geslagen voor de begeerlij_.heden. Hij vluchtte voor de zedeloze vrouw van Potifar en liet zijn mantel in haar onzedelijke handen ..achter. Jonge vrienden, wees biddend getrouw om tegen de zonden te strijden en niet toe te geven. Want ook jullie leven in een zeer verdorven wereld met een zeer verdorven hart. Daar valt geen goeds van te verwachten.
De Heere schenke jullie genade en getrouwheid om zonder kleerscheuren door het leven geleid te worden. Het beste middel daartoe is een gebroken t1 hart, wat Simson te Gaza miste. Bezit jij dit wel?