Home

Kennismaking

Memoires

Bijbelstudies

Schriftoverdenkingen voor de jeugd

Div. artikelen

Links

Contact

Moeilijke "woorden en begrippen".
 
De jeugd heeft gevraagd, om allerlei woorden en begrippen die in de prediking gebruikt worden, uit te leggen om de prediking beter te kunnen begrijpen. Ze hebben een aantal woorden en begrippen mij gegeven en geven daar in het kort wat uitleg over.
 
Wat betekent het woord rampzaligheid? Het woord zalig betekent in onze taal zoveel als vol. Rampzalig is vol van rampen en armzalig vol van armoede. Het woord gelukzalig betekent dan vol van geluk. Dat is de toekomst voor de vromen en oprechten. Het woord zalig heeft dus betrekking op het eeuwig wel. Hoe aan te komen vraag jij? De naam Jezus betekent Zaligmaker, omdat Hij ons zalig maakt en van onze zonden verlost. Hij is dus een volkomen Zaligmaker. Hij verlost van de schuld en de straf van de zonde, maar ook van haar macht. Hij verlost van het hoogste kwaad en brengt tot het hoogste goed, dat is de zaligheid. Hij maakt vol wat Hij eerst heeft ontledigt. De zaligheid heeft Hij verworven in de staat van Zijn vernedering en Hij past haar toe in de staat van Zijn verhoging. Het verwerven en toepassen mag niet gescheiden worden. Het is niet, zoals de Remonstranten zeiden: Jezus heeft de zaligheid voor allen verworven, en nu moeten wij die zaligheid onszelf toepassen. Nee, voor wie Jezus de zaligheid verwierf, aan die past hij ze ook zeker toe. En Ik geef hun het eeuwige leven.
                                                                          ***
Wat betekent het woord hysop? We komen die b.v. tegen in Psalm 51 en Johannes 19:29. Hysop is een plant met brede, behaarde bladeren. Een bundel van hysoptakken gebruikten de Israëlieten om op het paasfeest bloed te strijken aan de bovendorpel en aan de beide deurposten. Die geschiedenis kennen jullie uit Exodus 12:22. Je kunt zo'n bundeltje vergelijken met een kwast. Het is een rietstengel waarmede men een spons met zure wijn aan Jezus lippen bracht, toen Hij aan het kruis hing. Het wordt ook hysop genoemd.
Het is het werk van de Heilige Geest om met hysop, Gods Woord, het bloed van Christus toe te passen in het hart. Dan krijgt het woordje hysop even veel waarde voor je als het voor David kreeg in Psalm 51. Dat schenke de Heere aan jullie harten, zo het bestaan kan in Zijn raad.
 
***
 
Wat betekent het woord lankmoedigheid? Dit woord heeft alles te maken met verdraagzaamheid. Wanneer we spreken over Gods lankmoedigheid dan ziet dat op Zijn verdraagzaamheid. Dan heeft dat te maken met het uitstellen van de straf. Een voorbeeld. God schenkt nog de genadetijd. Zie Romeinen 2: 4. De kanttekening van de Statenvertaling zegt hierbij: Dit is een eigenschap Gods, waardoor Hij zegent en weldoet, ook zelfs degenen die kwaad zijn. Hij schenkt nog gelegenheid of zij zich nog zouden bekeren. Echter dit alles gaat niet ten koste van Gods rechtvaardigheid.
Wat betekent het woord lankmoedigheid nog meer? Het wil ons ook leren hoe we met elkaar moeten omgaan. Want daar mankeert nog wel het een en ander aan. In 1 Korinthe 13:4 lezen we: de liefde is lankmoedig. Hier wordt bedoeld dat de liefde verdraagzaam is. De lankmoedigheid verdraagt onrecht wat ons wordt aangedaan door de vijanden van Christus. Door de genade van de Heilige Geest leren we buigen onder de smaadheid ons aangedaan. En gaan we bidden voor onze vijanden. Deze lankmoedigheid betoonde Stéfanus toen hij gestenigd werd. Hij werd bediend uit Christus die Zijn Kerk daarin is voorgegaan, toen Hij bad aan het kruis: Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen.
 
***
Wat zijn relikwieën? Deze vraag stelde een meisje op de catechisatie omdat ik dit woord die in de prediking had gebruikt.
In de R.K. kerk worden vele voorwerpen bewaard van gestorven heiligen. Dat kunnen de haren en nagels zijn van Petrus of van andere apostelen. Dat kan een stukje hout zijn van het kruis waar de Heere Jezus aan gehangen zou hebben. Niet dat dat ook echt van een van de apostelen of andere heiligen geweest zou zijn, maar het wordt er voor gehouden. Er is ontzettend veel bedrog mee gepleegd. De verering van de relikwie heeft een geschiedenis. Deze is ontstaan in de eerste eeuwen van de oude Chr. Kerk. De gelovigen kwamen bij de graven van de martelaren bijeen om te bidden. Zodoende moet er wel eens wat uit de graven gehaald zijn om de martelaren te vereren. In iedere R.K kerk behoort een martelaarsrelikwie in het altaar geborgen te zijn. Dat is zelfs een kerkelijk voorschrift. De reformatie heeft fel protest doen aantekenen tegen de relikwieverering. En dat terecht.
***
 
Wat betekent het woord welbehagen? Als er in Handelingen 8:1a staat: en Saulus had mede een welbehagen aan zijn dood, de dood van Stéfanus, dan wil dat zeggen, hij had er plezier in. Hij had er schik van dat Stéfanus gedood werd. Hij wreef zich in de handen van plezier.
We lezen ook van Gods welbehagen en wat betekent dat? De Heere heeft een welgevallen, een genoegen in Zijn werk. We lezen dat het Gods welbehagen is geweest om Saulus te bekeren. Tegen Ananias heeft Hij gezegd: Want deze is Mij een uitverkoren vat, om Mijn Naam te dragen voor de heidenen en de koningen en de kinderen Israëls.
We lezen dat de Vader een welbehagen heeft in de Zoon.
De engelen zingen in de velden van Efrata van welbehagen in mensen. De kanttekening van de S.V. schrijft hierbij: dat is, het welbehagen Gods worde door Hem aan de mensen vervuld, of, in de mensen, die God naar Zijn welbehagen heeft uitverkoren. Éfeze 1:5.
Gods welbehagen is van eeuwigheid. Hij heeft vreugde in Zichzelf en doet alles om Zijns Zelfs wil. Hij verlustigt zich in Zijn Zoon, in Wie Hij Zijn welbehagen heeft en mensen mogen voorwerpen zijn van Zijn welbehagen. Een welgevallen, dat niet de mens heeft opgewekt; de eerste beweging van Gods liefde ligt in Hem; aan dat welbehagen hebben Gods kinderen hun verkiezing en verlossing te danken.
In dat welbehagen rusten Zijn Raad en besluit. Dank zij Gods welbehagen heeft Hij de wereld niet aan haar lot overgelaten. Wie dit welbehagen Gods kent, beijvert zich om zelf Gode welgevallig te leven.
***
Wat betekent camouflage? In militaire dienst moesten we onze tanks met netten bedekken, zodat ze moeilijk door de vijand ontdekt konden worden. Dit beeld heb ik in de prediking gebruikt om duidelijk te maken hoe verkeerd het is als we ons op school, of op de werkvloer 'camoufleren', zodat anderen niet merken dat we christen zijn. Net doen alsof we niet naar de kerk gaan, uit schaamte. Meepraten over voetballen.
Als christen wegkruipen in het net van de wereldgelijkvormigheid. Maar daarmee zijn we ontrouw aan de roeping die op ons rust.
Geestelijk zouden we het door kunnen trekken naar de val in Adam. Hoe hij zich camoufleerde met vijgenbladeren achter het struikgewas. U/jij moet Genesis 3 er maar op na lezen. Bovenal hebben we de ontdekking van Gods Geest nodig om als een verloren zondaar voor God neer te vallen in het stof. Om afgesneden van alle eigen vijgenbladeren, als een naakte zondaar bekleed te worden met de gerechtigheid van Christus. Wie een eerlijk zondaar onder God is geworden krijgt een afkeer van al die camouflage - pakken en begeert oprecht en vroom te leven voor Gods aangezicht.
 
***
 
Een meisje vroeg op de catechisatie: wat bedoelde u in de prediking met 'zielskrankheid'?
Krankheid = ziekte. Het woord komt naar voren in Palm 41: 4. David lag op zijn ziekbed neergeveld. Hij moest veel lijden. Wat hem mankeerde wordt ons niet verteld. Het gaat hem niet alleen om lichamelijke genezing. Hij gevoelt de krankheid van zijn ziel = hij mist de gemeenschap met zijn God.
Hij is niet alleen uitwendig ziek naar het lichaam, maar bovenal naar de ziel.
Wat is dan zielskrankheid? Wel, hij heeft geen oor, geen hart voor God. Hij heeft geen mond om Gods lof te vertellen. Toen Job zielskrank was vervloekte hij zijn geboortedag. Zo ook bij David. Het is donker in zijn hart. Hij schreeuwt het uit zoals hij dat in de volgende psalm uitdrukt met het beeld van een hert.
David is vervuld met smart in zijn ziel. Hij kan niet roepen, zuchten en bidden. Hij ligt in de schuld  en mist de verzoening met God. Het snijdt door zijn ziel. Vroeger had hij geloof, hoop en liefde. Er waren momenten dat hij de liefde mocht smaken van de Hemelse Koning. Waar is het alles gebleven? Het benauwde hem. Anderen konden getuigen, hij niet en dat maakte zijn smart dieper.
De Heere ondersteunde hem op zijn ziekbed en in zijn krankheid veranderde de Heere zijn ganse leger.
De Heere heeft zijn ziel genezen en gered van de dood. Zo ontfermt de Medicijnmeester, de Heere Jezus Christus zich over Zijn volk. Hij heeft de balsem verworven om de geopende wond te genezen. Door Zijn wonden is ons genezing geworden. Daartoe schenkt Hij ook het zaligmakend geloof.
***