Home

Kennismaking

Memoires

Bijbelstudies

Schriftoverdenkingen voor de jeugd

Div. artikelen

Links

Contact

Jaïrus = hoe kom ik aan Zijn voeten?
 
Beste jongens en meisjes. In het Evangelie van Markus het vijfde hoofdstuk, staat een aangrijpende geschiedenis beschreven. Laten we het eerst lezen, te beginnen bij vers 22 en volgende.
Een aangrijpend beeld wordt ons hier beschreven door de Heilige Geest. We komen in een gezin terecht, dat bestaat uit vader en moeder en een dochter, hun enige kind. Ziekte komt het gezin binnen. Hun dochter van twaalf jaren oud komt in bed te liggen, het wordt zelfs een sterfbed voor dat kind. Haar, vader en moeder slaan met grote zorg hun kind gade, want dit gaat niet goed, dat zien ze wel. Wat een ouderzorg en ouderleed. Zou dit bloempje in de knop al worden afgesneden en vergaan? Begrijpelijk dat de ouders alle middelen ter genezing aangrijpen, zelfs de bekwaamste artsen staan machteloos. Alles zonder baat. Het scheen of de dood er mee gemoeid was. Het was buiten hoop voor dit kind. Jaïrus, de vader, was aan het einde met alles. Daar moest het op uit lopen. Er moest plaats komen voor Hem die een afgesneden zaak kan doen op aarde. Wanneer het aan mensen zijde een verloren zaak is geworden, dan werkt de Heere bij Jaïrus geloof in het hart, dat bij Jezus nog redding voor zijn kind is. Maar ja, hij is een overste der synagoge, een zeer belangrijk figuur. Een man die het in het kerkelijke leven ver heeft gebracht, een man met respect en gezag. MAAR OOK EEN VIJAND VAN DE HEERE JEZUS. We lezen toch: Wie van de oversten of uit de Farizeeën heeft in Hem
geloofd? Lees hoofdstuk 23 van het Evangelie van Mattheüs er maar eens over na.
En ziet, staat hier, onze aandacht wordt gevraagd, er volgt iets bijzonders. Wie zou toch verwacht hebben dat zo'n grote vijand zich tot de Heere zou hebben gewend? Er moest heel wat gebeurd zijn in zijn leven voordat een zodanig vijand zijn toevlucht tot Jezus nam. De Heere is echter groot van daad en wonderlijk van raad. Hij weet de mens wel te brengen waar hij van nature niet wezen wil. Wie zou zich ooit tot Jezus wenden, als de Heere Zelf niet aan Zijn voeten bracht? Zou ooit een kind van God zijn vijandschap hebben opgegeven tegen Jezus als de Heere Zelf niet had ontdekt. Hij schenkt de begeerte in het hart om de Borg te leren kennen in Zijn onmisbaarheid. Om Hem te kennen in Wien alleen redding te vinden is voor ellendigen. Jaïrus zou zich' nooit tot Jezus hebben gewend, als de Heere Zelf hem er niet had gebracht.
Ziet, daar verlaat hij zijn woning. De nood van zijn stervend kind, is op zijn hart gebonden.
De innerlijke drang is zo sterk, hij kan het niet meer in huis uithouden. Hij krijgt vleugelen om te vliegen naar de Heere. Hij wordt niet teruggehouden door de binnenpraters, die zich wel krachtig hebben laten horen. Satan zoekt de mens af te houden van de Heere met alle kracht. Niets laat hij na om dat te verhinderen. Wat kan hij stenen gooien voor de voeten als een mens de toevlucht leert nemen tot de Heere. Zou de stem niet met kracht in zijn hart hebben geklonken: Jaïrus, moet u nu, een overste, naar Jezus heen? Wat zullen de Farizeeën en schriftgeleerden wel niet zeggen? Dat zijn immers zijn vrienden, waar ze omgang mee hebben. Wat zullen ze van binnen wel tot Jaïrus gezegd hebben: Uw dochtertje ligt al te sterven. Dadelijk is het afgelopen, het is toch al te laat. Blijf toch thuis. U kunt dan nog getuige zijn van haar sterven. U kunt de moeder niet alleen laten met uw kind. Weggaan bij een stervend kind, is dat wel goed? Wat moet u in deze ure nog bij Jezus zoeken, het is toch alles te vergeefs. Ja, zo werpt de duivel maar stenen voorde voeten.
Jonge vrienden mogen jullie die ook kennen? De strijd om de brede weg te verlaten, met achterlating van al je wereldse vrienden, de zonden en ongerechtigheid. Dat geeft ook veel strijd in het binnenste, ik hoop dat je er bevindelijk kennis aan mag hebben of krijgen.
Jaïrus was door niemand tegen te houden. En waarom niet? OMDAT DE HEERE ZIJN EIGEN WERK IN JAIRUS ZIEL IN HET LEVEN HIELD. Het geloof dat bij Hem nog redding voor zijn kind is te vinden, DAT IS GODS WERK. De Heere houdt Zijn eigen werk in stand, ook al probeert de satan dat werk uit te blussen. Ja, daar gaat Jaïrus, de door nood voortgedreven vader van het stervende kind. Nood van binnen en nood van buiten. Zonder nood is er geen geloof. Niemand kan tot Mij komen tenzij de Vader die Mij gezonden heeft, hem trekke. Hier zien we wat trekkende liefde vermag. HIJ MOET GAAN.
En als hij bij de Heere Jezus komt, valt Jaïrus aan de voeten van de Heiland neer. Daar ligt hij, de overste van de synagoge. Daar ligt hij als een vijand aan de voeten des Heeren. De wapenen ingeleverd.
Daar moet onze plaats zijn in zijn aanvang en in zijn voortgang. Kennen wij dit uit ons leven, jonge vrienden? De Heere schenke zielennood onder onze jeugd en trekkende liefde om weg te halen ,uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. HEERE, BRENG DE JEUGD AAN UWE VOETEN.